Vertaling van besch��tzen

Bedoelde je besch tier?

Sorry, er is geen exacte vertaling gevonden in het Duits - Nederlands woordenboek

Vergelijkbare woorden

Duits
Nederlands
hüten, behüten, bewachen, überwachen, beaufsichtigen, beschützen, wachen über, beherrschen, im Zaum halten, wahren, bewahren {ww.}
bewaken 
bewaren 
de wacht hebben
hoeden
waken over
beschmutzen, einschmutzen, sudeln {ww.}
bevlekken
bevuilen 
bezoedelen
verontreinigen 
vuilmaken
bergen, schirmen, beschirmen, beschützen {ww.}
behoeden
beschermen 
beschutten 
behaupten, beschützen, verteidigen, abwehren, in Schutz nehmen {ww.}
opkomen voor
verdedigen 
verweren
begünstigen, beschirmen, protektieren, schützen, beschützen {ww.}
behoeden
beschermen 
Beschleunigung [v] (die ~), Förderung [v] (die ~) {zn.}
bevordering  [v]
versnelling [v]
spurt
Beschleunigung [v] (die ~), Förderung [v] (die ~) {zn.}
acceleratie
verhaasting [v]
Anklage [v] (die ~), Beschuldigung [v] (die ~) {zn.}
aanklacht  [v]
beschuldiging  [v]
telastlegging [v]
tenlastelegging [v]
accusatie
Bombardement [o] (das ~), Beschießung [v] (die ~), Beschuß [m] (der ~), Bombenabwurf [m] (der ~) {zn.}
bombardement [o]
einfassen, umsäumen, bordieren, besetzen, säumen, umranden, einsäumen {ww.}
omzomen
staan langs