Vertaling van leçon

Inhoud:

Frans
Nederlands
leçon [v] (la ~) {zn.}
les 
La deuxième leçon est très facile.
De tweede les is zeer eenvoudig.
La leçon la plus importante que peut nous faire l'Histoire est que les hommes n'apprennent pas grand-chose de l'Histoire.
Dat mensen niet veel leren van de lessen uit het verleden is de belangrijkste les die het verleden ons te leren heeft.


Voorbeelden in zinsverband

Frans
Nederlands

La deuxième leçon est très facile.

De tweede les is zeer eenvoudig.

Je n'ai pas besoin d'une leçon.

Ik moet geen preek hebben.

La leçon la plus importante que peut nous faire l'Histoire est que les hommes n'apprennent pas grand-chose de l'Histoire.

Dat mensen niet veel leren van de lessen uit het verleden is de belangrijkste les die het verleden ons te leren heeft.