Engels

Nederlands

Present

  • I adopt
  • you adopt
  • he/she/it adopts
  • we adopt
  • you adopt
  • they adopt

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • ik veeg aan
  • jij veegt aan
  • hij/zij/het veegt aan
  • wij vegen aan
  • jullie vegen aan
  • zij vegen aan

Simple past

  • I adopted
  • you adopted
  • he/she/it adopted
  • we adopted
  • you adopted
  • they adopted

Onvoltooid verleden tijd

  • ik veegde aan
  • jij veegde aan
  • hij/zij/het veegde aan
  • wij veegden aan
  • jullie veegden aan
  • zij veegden aan

Present perfect

  • I have adopted
  • you have adopted
  • he/she/it has adopted
  • we have adopted
  • you have adopted
  • they have adopted

Voltooid tegenwoordige tijd

  • ik heb aangeveegd
  • jij hebt aangeveegd
  • hij/zij/het heeft aangeveegd
  • wij hebben aangeveegd
  • jullie hebben aangeveegd
  • zij hebben aangeveegd

Past perfect

  • I had adopted
  • you had adopted
  • he/she/it had adopted
  • we had adopted
  • you had adopted
  • they had adopted

Voltooid verleden tijd

  • ik had aangeveegd
  • jij had aangeveegd
  • hij/zij/het had aangeveegd
  • wij hadden aangeveegd
  • jullie hadden aangeveegd
  • zij hadden aangeveegd

Future

  • I will adopt
  • you will adopt
  • he/she/it will adopt
  • we will adopt
  • you will adopt
  • they will adopt

Toekomende tijd I

  • ik zal aanvegen
  • jij zult aanvegen
  • hij/zij/het zal aanvegen
  • wij zullen aanvegen
  • jullie zullen aanvegen
  • zij zullen aanvegen

Future perfect

  • I will have adopted
  • you will have adopted
  • he/she/it will have adopted
  • we will have adopted
  • you will have adopted
  • they will have adopted

Toekomende tijd II

  • ik zal aangeveegd hebben
  • jij zult aangeveegd hebben
  • hij/zij/het zal aangeveegd hebben
  • wij zullen aangeveegd hebben
  • jullie zullen aangeveegd hebben
  • zij zullen aangeveegd hebben

Conditional present

  • I would adopt
  • you would adopt
  • he/she/it would adopt
  • we would adopt
  • you would adopt
  • they would adopt

Conditionalis I

  • ik zou aanvegen
  • jij zou aanvegen
  • hij/zij/het zou aanvegen
  • wij zouden aanvegen
  • jullie zouden aanvegen
  • zij zouden aanvegen

Conditional perfect

  • I would have adopted
  • you would have adopted
  • he/she/it would have adopted
  • we would have adopted
  • you would have adopted
  • they would have adopted

Conditionalis II

  • ik zou hebben aangeveegd
  • jij zou hebben aangeveegd
  • hij/zij/het zou hebben aangeveegd
  • wij zouden hebben aangeveegd
  • jullie zouden hebben aangeveegd
  • zij zouden hebben aangeveegd

Imperative

  • you adopt
  • you adopt

Imperatief

  • jij veeg aan
  • jullie veegt aan

Verwijzingen

Bekijk 15 definitie(s) van adopt