Vervoeging van benoemen
Onbepaalde wijs (infinitief): benoemen
Nederlands
Engels
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik benoem
- jij benoemt
- hij/zij/het benoemt
- wij benoemen
- jullie benoemen
- zij benoemen
Present
- I dub
- you dub
- he/she/it dubs
- we dub
- you dub
- they dub
Onvoltooid verleden tijd
- ik benoemde
- jij benoemde
- hij/zij/het benoemde
- wij benoemden
- jullie benoemden
- zij benoemden
Simple past
- I dubbed
- you dubbed
- he/she/it dubbed
- we dubbed
- you dubbed
- they dubbed
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb benoemd
- jij hebt benoemd
- hij/zij/het heeft benoemd
- wij hebben benoemd
- jullie hebben benoemd
- zij hebben benoemd
Present perfect
- I have dubbed
- you have dubbed
- he/she/it has dubbed
- we have dubbed
- you have dubbed
- they have dubbed
Voltooid verleden tijd
- ik had benoemd
- jij had benoemd
- hij/zij/het had benoemd
- wij hadden benoemd
- jullie hadden benoemd
- zij hadden benoemd
Past perfect
- I had dubbed
- you had dubbed
- he/she/it had dubbed
- we had dubbed
- you had dubbed
- they had dubbed
Toekomende tijd I
- ik zal benoemen
- jij zult benoemen
- hij/zij/het zal benoemen
- wij zullen benoemen
- jullie zullen benoemen
- zij zullen benoemen
Future
- I will dub
- you will dub
- he/she/it will dub
- we will dub
- you will dub
- they will dub
Toekomende tijd II
- ik zal benoemd hebben
- jij zult benoemd hebben
- hij/zij/het zal benoemd hebben
- wij zullen benoemd hebben
- jullie zullen benoemd hebben
- zij zullen benoemd hebben
Future perfect
- I will have dubbed
- you will have dubbed
- he/she/it will have dubbed
- we will have dubbed
- you will have dubbed
- they will have dubbed
Conditionalis I
- ik zou benoemen
- jij zou benoemen
- hij/zij/het zou benoemen
- wij zouden benoemen
- jullie zouden benoemen
- zij zouden benoemen
Conditional present
- I would dub
- you would dub
- he/she/it would dub
- we would dub
- you would dub
- they would dub
Conditionalis II
- ik zou hebben benoemd
- jij zou hebben benoemd
- hij/zij/het zou hebben benoemd
- wij zouden hebben benoemd
- jullie zouden hebben benoemd
- zij zouden hebben benoemd
Conditional perfect
- I would have dubbed
- you would have dubbed
- he/she/it would have dubbed
- we would have dubbed
- you would have dubbed
- they would have dubbed
Imperatief
- jij benoem
- jullie benoemt
Imperative
- you dub
- you dub