Engels

Nederlands

Present

  • I fade
  • you fade
  • he/she/it fades
  • we fade
  • you fade
  • they fade

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • ik verkwijn
  • jij verkwijnt
  • hij/zij/het verkwijnt
  • wij verkwijnen
  • jullie verkwijnen
  • zij verkwijnen

Simple past

  • I faded
  • you faded
  • he/she/it faded
  • we faded
  • you faded
  • they faded

Onvoltooid verleden tijd

  • ik verkwijnde
  • jij verkwijnde
  • hij/zij/het verkwijnde
  • wij verkwijnden
  • jullie verkwijnden
  • zij verkwijnden

Present perfect

  • I have faded
  • you have faded
  • he/she/it has faded
  • we have faded
  • you have faded
  • they have faded

Voltooid tegenwoordige tijd

  • ik ben verkwijnd
  • jij bent verkwijnd
  • hij/zij/het is verkwijnd
  • wij zijn verkwijnd
  • jullie zijn verkwijnd
  • zij zijn verkwijnd

Past perfect

  • I had faded
  • you had faded
  • he/she/it had faded
  • we had faded
  • you had faded
  • they had faded

Voltooid verleden tijd

  • ik was verkwijnd
  • jij was verkwijnd
  • hij/zij/het was verkwijnd
  • wij waren verkwijnd
  • jullie waren verkwijnd
  • zij waren verkwijnd

Future

  • I will fade
  • you will fade
  • he/she/it will fade
  • we will fade
  • you will fade
  • they will fade

Toekomende tijd I

  • ik zal verkwijnen
  • jij zult verkwijnen
  • hij/zij/het zal verkwijnen
  • wij zullen verkwijnen
  • jullie zullen verkwijnen
  • zij zullen verkwijnen

Future perfect

  • I will have faded
  • you will have faded
  • he/she/it will have faded
  • we will have faded
  • you will have faded
  • they will have faded

Toekomende tijd II

  • ik zal verkwijnd zijn
  • jij zult verkwijnd zijn
  • hij/zij/het zal verkwijnd zijn
  • wij zullen verkwijnd zijn
  • jullie zullen verkwijnd zijn
  • zij zullen verkwijnd zijn

Conditional present

  • I would fade
  • you would fade
  • he/she/it would fade
  • we would fade
  • you would fade
  • they would fade

Conditionalis I

  • ik zou verkwijnen
  • jij zou verkwijnen
  • hij/zij/het zou verkwijnen
  • wij zouden verkwijnen
  • jullie zouden verkwijnen
  • zij zouden verkwijnen

Conditional perfect

  • I would have faded
  • you would have faded
  • he/she/it would have faded
  • we would have faded
  • you would have faded
  • they would have faded

Conditionalis II

  • ik zou zijn verkwijnd
  • jij zou zijn verkwijnd
  • hij/zij/het zou zijn verkwijnd
  • wij zouden zijn verkwijnd
  • jullie zouden zijn verkwijnd
  • zij zouden zijn verkwijnd

Imperative

  • you fade
  • you fade

Imperatief

  • jij verkwijn
  • jullie verkwijnt

Verwijzingen

Bekijk 9 definitie(s) van fade