Vervoeging van flip

Engels

Nederlands

Present

  • I flip
  • you flip
  • he/she/it flips
  • we flip
  • you flip
  • they flip

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • ik blader
  • jij bladert
  • hij/zij/het bladert
  • wij bladeren
  • jullie bladeren
  • zij bladeren

Simple past

  • I flipped
  • you flipped
  • he/she/it flipped
  • we flipped
  • you flipped
  • they flipped

Onvoltooid verleden tijd

  • ik bladerde
  • jij bladerde
  • hij/zij/het bladerde
  • wij bladerden
  • jullie bladerden
  • zij bladerden

Present perfect

  • I have flipped
  • you have flipped
  • he/she/it has flipped
  • we have flipped
  • you have flipped
  • they have flipped

Voltooid tegenwoordige tijd

  • ik heb gebladerd
  • jij hebt gebladerd
  • hij/zij/het heeft gebladerd
  • wij hebben gebladerd
  • jullie hebben gebladerd
  • zij hebben gebladerd

Past perfect

  • I had flipped
  • you had flipped
  • he/she/it had flipped
  • we had flipped
  • you had flipped
  • they had flipped

Voltooid verleden tijd

  • ik had gebladerd
  • jij had gebladerd
  • hij/zij/het had gebladerd
  • wij hadden gebladerd
  • jullie hadden gebladerd
  • zij hadden gebladerd

Future

  • I will flip
  • you will flip
  • he/she/it will flip
  • we will flip
  • you will flip
  • they will flip

Toekomende tijd I

  • ik zal bladeren
  • jij zult bladeren
  • hij/zij/het zal bladeren
  • wij zullen bladeren
  • jullie zullen bladeren
  • zij zullen bladeren

Future perfect

  • I will have flipped
  • you will have flipped
  • he/she/it will have flipped
  • we will have flipped
  • you will have flipped
  • they will have flipped

Toekomende tijd II

  • ik zal gebladerd hebben
  • jij zult gebladerd hebben
  • hij/zij/het zal gebladerd hebben
  • wij zullen gebladerd hebben
  • jullie zullen gebladerd hebben
  • zij zullen gebladerd hebben

Conditional present

  • I would flip
  • you would flip
  • he/she/it would flip
  • we would flip
  • you would flip
  • they would flip

Conditionalis I

  • ik zou bladeren
  • jij zou bladeren
  • hij/zij/het zou bladeren
  • wij zouden bladeren
  • jullie zouden bladeren
  • zij zouden bladeren

Conditional perfect

  • I would have flipped
  • you would have flipped
  • he/she/it would have flipped
  • we would have flipped
  • you would have flipped
  • they would have flipped

Conditionalis II

  • ik zou hebben gebladerd
  • jij zou hebben gebladerd
  • hij/zij/het zou hebben gebladerd
  • wij zouden hebben gebladerd
  • jullie zouden hebben gebladerd
  • zij zouden hebben gebladerd

Imperative

  • you flip
  • you flip

Imperatief

  • jij blader
  • jullie bladert

Verwijzingen

Bekijk 12 definitie(s) van flip