Vervoeging van ontwikkelen
Onbepaalde wijs (infinitief): ontwikkelen
Nederlands
Spaans
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik ontwikkel
- jij ontwikkelt
- hij/zij/het ontwikkelt
- wij ontwikkelen
- jullie ontwikkelen
- zij ontwikkelen
Indicativo presente
- yo desenvuelvo
- tú desenvuelves
- él/ella desenvuelve
- nosotros desenvolvemos
- vosotros desenvolvéis
- ellos/ellas desenvuelven
Onvoltooid verleden tijd
- ik ontwikkelde
- jij ontwikkelde
- hij/zij/het ontwikkelde
- wij ontwikkelden
- jullie ontwikkelden
- zij ontwikkelden
Indefinido
- yo desenvolví
- tú desenvolviste
- él/ella desenvolvió
- nosotros desenvolvimos
- vosotros desenvolvisteis
- ellos/ellas desenvolvieron
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb ontwikkeld
- jij hebt ontwikkeld
- hij/zij/het heeft ontwikkeld
- wij hebben ontwikkeld
- jullie hebben ontwikkeld
- zij hebben ontwikkeld
Pretérito perfecto compuesto
- yo he desenvuelto
- tú has desenvuelto
- él/ella ha desenvuelto
- nosotros hemos desenvuelto
- vosotros habéis desenvuelto
- ellos/ellas han desenvuelto
Voltooid verleden tijd
- ik had ontwikkeld
- jij had ontwikkeld
- hij/zij/het had ontwikkeld
- wij hadden ontwikkeld
- jullie hadden ontwikkeld
- zij hadden ontwikkeld
Pluscuamperfecto
- yo había desenvuelto
- tú habías desenvuelto
- él/ella había desenvuelto
- nosotros habíamos desenvuelto
- vosotros habíais desenvuelto
- ellos/ellas habían desenvuelto
Toekomende tijd I
- ik zal ontwikkelen
- jij zult ontwikkelen
- hij/zij/het zal ontwikkelen
- wij zullen ontwikkelen
- jullie zullen ontwikkelen
- zij zullen ontwikkelen
Futuro I
- yo desenvolveré
- tú desenvolverás
- él/ella desenvolverá
- nosotros desenvolveremos
- vosotros desenvolveréis
- ellos/ellas desenvolverán
Toekomende tijd II
- ik zal ontwikkeld hebben
- jij zult ontwikkeld hebben
- hij/zij/het zal ontwikkeld hebben
- wij zullen ontwikkeld hebben
- jullie zullen ontwikkeld hebben
- zij zullen ontwikkeld hebben
Futuro perfecto
- yo habré desenvuelto
- tú habrás desenvuelto
- él/ella habrá desenvuelto
- nosotros habremos desenvuelto
- vosotros habréis desenvuelto
- ellos/ellas habrán desenvuelto
Conditionalis I
- ik zou ontwikkelen
- jij zou ontwikkelen
- hij/zij/het zou ontwikkelen
- wij zouden ontwikkelen
- jullie zouden ontwikkelen
- zij zouden ontwikkelen
Condicional
- yo desenvolvería
- tú desenvolverías
- él/ella desenvolvería
- nosotros desenvolveríamos
- vosotros desenvolveríais
- ellos/ellas desenvolverían
Conditionalis II
- ik zou hebben ontwikkeld
- jij zou hebben ontwikkeld
- hij/zij/het zou hebben ontwikkeld
- wij zouden hebben ontwikkeld
- jullie zouden hebben ontwikkeld
- zij zouden hebben ontwikkeld
Condicional perfecto
- yo habría desenvuelto
- tú habrías desenvuelto
- él/ella habría desenvuelto
- nosotros habríamos desenvuelto
- vosotros habríais desenvuelto
- ellos/ellas habrían desenvuelto
Imperatief
- jij ontwikkel
- jullie ontwikkelt
Imperativo presente
- tú desenvuelve
- vosotros desenvolved