Vervoeging van pooh-pooh

Engels

Nederlands

Present

  • he/she/it pooh-poohs
  • they pooh-pooh

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • hij/zij/het vriest af
  • zij vriezen af

Simple past

  • he/she/it pooh-poohed
  • they pooh-poohed

Onvoltooid verleden tijd

  • hij/zij/het vroor af
  • zij vroren af

Present perfect

  • he/she/it has pooh-poohed
  • they have pooh-poohed

Voltooid tegenwoordige tijd

  • hij/zij/het heeft afgevroren
  • zij hebben afgevroren

Past perfect

  • he/she/it had pooh-poohed
  • they had pooh-poohed

Voltooid verleden tijd

  • hij/zij/het had afgevroren
  • zij hadden afgevroren

Future

  • he/she/it will pooh-pooh
  • they will pooh-pooh

Toekomende tijd I

  • hij/zij/het zal afvriezen
  • zij zult afvriezen

Future perfect

  • he/she/it will have pooh-poohed
  • they will have pooh-poohed

Toekomende tijd II

  • hij/zij/het zal afgevroren hebben
  • zij zult afgevroren hebben

Conditional present

  • he/she/it would pooh-pooh
  • they would pooh-pooh

Conditionalis I

  • hij/zij/het zal afvriezen
  • zij zullen afvriezen

Conditional perfect

  • he/she/it would have pooh-poohed
  • they would have pooh-poohed

Conditionalis II

  • hij/zij/het zal hebben afgevroren
  • zij zullen hebben afgevroren

Verwijzingen

Bekijk 4 definitie(s) van pooh-pooh