Vervoeging van register
Onbepaalde wijs (infinitief): to register
Engels
Nederlands
Present
- I register
- you register
- he/she/it registers
- we register
- you register
- they register
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik registreer
- jij registreert
- hij/zij/het registreert
- wij registreren
- jullie registreren
- zij registreren
Simple past
- I registered
- you registered
- he/she/it registered
- we registered
- you registered
- they registered
Onvoltooid verleden tijd
- ik registreerde
- jij registreerde
- hij/zij/het registreerde
- wij registreerden
- jullie registreerden
- zij registreerden
Present perfect
- I have registered
- you have registered
- he/she/it has registered
- we have registered
- you have registered
- they have registered
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb geregistreerd
- jij hebt geregistreerd
- hij/zij/het heeft geregistreerd
- wij hebben geregistreerd
- jullie hebben geregistreerd
- zij hebben geregistreerd
Past perfect
- I had registered
- you had registered
- he/she/it had registered
- we had registered
- you had registered
- they had registered
Voltooid verleden tijd
- ik had geregistreerd
- jij had geregistreerd
- hij/zij/het had geregistreerd
- wij hadden geregistreerd
- jullie hadden geregistreerd
- zij hadden geregistreerd
Future
- I will register
- you will register
- he/she/it will register
- we will register
- you will register
- they will register
Toekomende tijd I
- ik zal registreren
- jij zult registreren
- hij/zij/het zal registreren
- wij zullen registreren
- jullie zullen registreren
- zij zullen registreren
Future perfect
- I will have registered
- you will have registered
- he/she/it will have registered
- we will have registered
- you will have registered
- they will have registered
Toekomende tijd II
- ik zal geregistreerd hebben
- jij zult geregistreerd hebben
- hij/zij/het zal geregistreerd hebben
- wij zullen geregistreerd hebben
- jullie zullen geregistreerd hebben
- zij zullen geregistreerd hebben
Conditional present
- I would register
- you would register
- he/she/it would register
- we would register
- you would register
- they would register
Conditionalis I
- ik zou registreren
- jij zou registreren
- hij/zij/het zou registreren
- wij zouden registreren
- jullie zouden registreren
- zij zouden registreren
Conditional perfect
- I would have registered
- you would have registered
- he/she/it would have registered
- we would have registered
- you would have registered
- they would have registered
Conditionalis II
- ik zou hebben geregistreerd
- jij zou hebben geregistreerd
- hij/zij/het zou hebben geregistreerd
- wij zouden hebben geregistreerd
- jullie zouden hebben geregistreerd
- zij zouden hebben geregistreerd
Imperative
- you register
- you register
Imperatief
- jij registreer
- jullie registreert