Vervoeging van verwittigen

Onbepaalde wijs (infinitief): verwittigen

Nederlands

Spaans

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • ik verwittig
  • jij verwittigt
  • hij/zij/het verwittigt
  • wij verwittigen
  • jullie verwittigen
  • zij verwittigen

Indicativo presente

  • yo entero
  • enteras
  • él/ella entera
  • nosotros enteramos
  • vosotros enteráis
  • ellos/ellas enteran

Onvoltooid verleden tijd

  • ik verwittigde
  • jij verwittigde
  • hij/zij/het verwittigde
  • wij verwittigden
  • jullie verwittigden
  • zij verwittigden

Indefinido

  • yo enteré
  • enteraste
  • él/ella enteró
  • nosotros enteramos
  • vosotros enterasteis
  • ellos/ellas enteraron

Voltooid tegenwoordige tijd

  • ik heb verwittigd
  • jij hebt verwittigd
  • hij/zij/het heeft verwittigd
  • wij hebben verwittigd
  • jullie hebben verwittigd
  • zij hebben verwittigd

Pretérito perfecto compuesto

  • yo he enterado
  • has enterado
  • él/ella ha enterado
  • nosotros hemos enterado
  • vosotros habéis enterado
  • ellos/ellas han enterado

Voltooid verleden tijd

  • ik had verwittigd
  • jij had verwittigd
  • hij/zij/het had verwittigd
  • wij hadden verwittigd
  • jullie hadden verwittigd
  • zij hadden verwittigd

Pluscuamperfecto

  • yo había enterado
  • habías enterado
  • él/ella había enterado
  • nosotros habíamos enterado
  • vosotros habíais enterado
  • ellos/ellas habían enterado

Toekomende tijd I

  • ik zal verwittigen
  • jij zult verwittigen
  • hij/zij/het zal verwittigen
  • wij zullen verwittigen
  • jullie zullen verwittigen
  • zij zullen verwittigen

Futuro I

  • yo enteraré
  • enterarás
  • él/ella enterará
  • nosotros enteraremos
  • vosotros enteraréis
  • ellos/ellas enterarán

Toekomende tijd II

  • ik zal verwittigd hebben
  • jij zult verwittigd hebben
  • hij/zij/het zal verwittigd hebben
  • wij zullen verwittigd hebben
  • jullie zullen verwittigd hebben
  • zij zullen verwittigd hebben

Futuro perfecto

  • yo habré enterado
  • habrás enterado
  • él/ella habrá enterado
  • nosotros habremos enterado
  • vosotros habréis enterado
  • ellos/ellas habrán enterado

Conditionalis I

  • ik zou verwittigen
  • jij zou verwittigen
  • hij/zij/het zou verwittigen
  • wij zouden verwittigen
  • jullie zouden verwittigen
  • zij zouden verwittigen

Condicional

  • yo enteraría
  • enterarías
  • él/ella enteraría
  • nosotros enteraríamos
  • vosotros enteraríais
  • ellos/ellas enterarían

Conditionalis II

  • ik zou hebben verwittigd
  • jij zou hebben verwittigd
  • hij/zij/het zou hebben verwittigd
  • wij zouden hebben verwittigd
  • jullie zouden hebben verwittigd
  • zij zouden hebben verwittigd

Condicional perfecto

  • yo habría enterado
  • habrías enterado
  • él/ella habría enterado
  • nosotros habríamos enterado
  • vosotros habríais enterado
  • ellos/ellas habrían enterado

Imperatief

  • jij verwittig
  • jullie verwittigt

Imperativo presente

  • entera
  • vosotros enterad

Verwijzingen

Bekijk 1 definitie(s) van verwittigen