Vertaling van zin
Inhoud:
Nederlands
Deens
begeerte , zucht , lust, verlangen, wens, zin {zn.}
ønske
aanvechting , neiging , zin , lust {zn.}
tendens
doel , bedoeling , strekking , plan , toeleg , voornemen , zin {zn.}
hensigt
frase , zin , volzin, zinsnede {zn.}
sætning
Deze zin niet vertalen!
Oversæt ikke denne sætning!
betekenis , portee , zin , significantie {zn.}
betydning
wil, zin {zn.}
vilje
Waar een wil is, is een weg.
Hvor der er en vilje, er der en vej.
bedenken, nadenken, overdenken, wikken, zinnen, zinnen op {ww.}
synes
aanstaan, behagen, bevallen, zinnen {ww.}
behage
mediteren, nadenken, peinzen, zinnen {ww.}
synes
ik zin