Betekenis van:
pram

pram
Zelfstandig naamwoord
  • wandelwagentje
  • a small vehicle with four wheels in which a baby or child is pushed around

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

pram
Zelfstandig naamwoord
  • vervoermiddel voor kinderen
  • a small vehicle with four wheels in which a baby or child is pushed around

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

pram
Zelfstandig naamwoord
  • wagen voor een klein kind
  • a small vehicle with four wheels in which a baby or child is pushed around

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. My wife bought a new pram.