Betekenis van:
unwitting

unwitting
Bijvoeglijk naamwoord
  • niet opzettelijk; niet beoogd; niet op de hoogte
  • unaware because of a lack of relevant information or knowledge
"his rudeness was unwitting"

Synoniemen

Hyperoniemen

unwitting
Bijvoeglijk naamwoord
    • not aware or knowing
    "an unwitting subject in an experiment"
    unwitting
    Bijvoeglijk naamwoord
      • not done with purpose or intent
      "an unwitting mistake may be overlooked"

      Synoniemen