Betekenis van:
aanplakken

aanplakken
Werkwoord
  • aan iets vastplakken
"Bij de vorming van het meervoud wordt er aan een Engels zelfstandig naamwoord meestal een -s aangeplakt."
aanplakken
Werkwoord
  • aan iets vastmaken met lijm
"affiches aanplakken"
"verboden aan te plakken"

Synoniemen

Hyperoniemen

aanplakken
Werkwoord
  • met aanplakbiljetten meedelen
aanplakken
Werkwoord
  • plakken op

Synoniemen

Hyperoniemen