Betekenis van:
binnenst

binnenst
Bijvoeglijk naamwoord
  • meest naar binnen gelegen
"de binnenste cirkel/ring"
"de binnenste schaamlippen"
binnenst
Bijvoeglijk naamwoord
  • met meest aan de binnenkant gelegen
"Maar nooit gelukt het haar om een binnenst smachten geheel te overwinnen. "