Betekenis van:
binnenstad

binnenstad
Zelfstandig naamwoord
  • een oud stadscentrum
"De meeste mensen vinden de Utrechtse binnenstad heel gezellig."

Voorbeeldzinnen

  1. Er zijn veel hotels in de binnenstad.
  2. De oude binnenstad
  3. Het noordoostelijke deel van de binnenstad
  4. Het oostelijke deel van de binnenstad