Betekenis van:
blozen

blozen
Werkwoord
  • rood worden in het gezicht, bijvoorbeeld van verlegenheid of schaamte
"Toen zij haar naam hoorde en duidelijk werd dat ze ten voorbeeld gehouden werd, bloosde zij."

Voorbeeldzinnen

  1. Zij kan zonder blikken of blozen de meest schandalige leugen vertellen.