Betekenis van:
cello

cello (de ~ | meervoud cello's, celli)
Zelfstandig naamwoord
  • strijkinstrument groter dan een viool
"cello spelen"
"op cello"

Hyperoniemen

cello
Zelfstandig naamwoord
  • een viersnarig strijkinstrument dat tijdens het bespelen door de cellist tussen de knieën wordt gehouden
"Mijn broer heeft vroeger op een cello gespeeld."