Betekenis van:
classicus

classicus (de ~ | meervoud classici)
Zelfstandig naamwoord
  • doctorandus in klassieke talen
"de beroemde classicus Engelmann"

Hyperoniemen

classicus
Zelfstandig naamwoord
  • een beoefenaar van de klassieke talen
"De classicus had veel kennis van het Latijn."