Betekenis van:
constant

constant
Bijvoeglijk naamwoord
  • onveranderlijk; steeds hetzelfde
"een constante temperatuur/snelheid"
"een constante stroom ((van) vluchtelingen/ideeën)"

Synoniemen

constant
Bijvoeglijk naamwoord
  • altijd onveranderlijk, standvastig

Voorbeeldzinnen

  1. Deze oude auto gaat constant kapot.
  2. Hij loopt constant rusteloos heen en weer.
  3. (motoren met constant toerental)
  4. Draaggas: waterstof (constant debiet)
  5. Constant-flowrotameter met meervoudig lichtonderbrekingssysteem
  6. Anhydraat: maximaal 1,5 % (250 oC, constant gewicht)
  7. laden bij constant vermogen gedurende t1,
  8. Maximaal 33 % (800 oC tot constant gewicht)
  9. Maximaal 9 % (105 °C tot constant gewicht)
  10. Constant of plotseling lawaai moet worden vermeden.
  11. Maximaal 12 % (105 °C tot constant gewicht)
  12. (motoren, andere dan met constant toerental)
  13. Fase III A motoren met constant toerental:
  14. laden bij constant vermogen gedurende t’1.
  15. de temperatuur moet tijdens de kalibratie constant worden gehouden.