Betekenis van:
contactsleutel

contactsleutel (de ~ | meervoud contactsleutels)
Zelfstandig naamwoord
  • startsleutel v.e. auto
"de contactsleutel van de auto omdraaien"

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. De startsleutel en de contactsleutel kunnen een en dezelfde sleutel zijn.
  2. als de contactsleutel gebruikt is om de stroomtoevoer naar de elektrisch bediende ruiten, scheidingssystemen of dakpanelen te activeren;
  3. contactsleutel”: de voorziening waarmee de stroomtoevoer naar de elektrische systemen van het voertuig in werking kan worden gesteld.
  4. Indien verschillende hybride standen beschikbaar zijn, wordt de test uitgevoerd in de stand die automatisch wordt gekozen nadat de contactsleutel wordt omgedraaid (normale stand).
  5. Bij niet-extern oplaadbare voertuigen met bedrijfsstandschakelaar moeten de kilometers worden afgelegd in de stand die automatisch wordt gekozen nadat de contactsleutel wordt omgedraaid (normale stand).
  6. Indien verschillende hybride standen beschikbaar zijn, wordt de test uitgevoerd in de stand die automatisch wordt gekozen nadat de contactsleutel wordt omgedraaid (normale stand).
  7. Bij extern oplaadbare voertuigen met bedrijfsstandschakelaar moeten de kilometers worden afgelegd in de stand die automatisch wordt gekozen nadat de contactsleutel wordt omgedraaid (normale stand).
  8. Het mag niet mogelijk zijn het immobilisatiesysteem in te schakelen wanneer de contactsleutel zich in de stand “draaiende motor” bevindt, behalve als:
  9. bij het verdraaien van de contactsleutel in de nulstand en het gebruik van een van de portieren; bovendien mogen immobilisatiesystemen die onmiddellijk voor of tijdens de normale startprocedure uitschakelen, bij het verdraaien van de contactsleutel in de „off”-stand weer worden ingeschakeld;
  10. Dit is eveneens toegestaan wanneer de motor is uitgeschakeld of de contactsleutel/startsleutel is verwijderd of een soortgelijke handeling heeft plaatsgevonden voor niet-mechanische inrichtingen, voorzover geen van beide voordeuren voldoende is geopend om de inzittenden te laten uitstappen.
  11. Niet-extern oplaadbare (NOVC) HEV’s met bedrijfsstandschakelaar, in hybride bedrijfsstand, worden getest overeenkomstig hoofdstuk 5, bijlage I. Indien verschillende standen beschikbaar zijn, wordt de test uitgevoerd in de stand die automatisch wordt gekozen nadat de contactsleutel wordt omgedraaid (normale stand).
  12. De automatische cilinderklep moet zo werken dat de brandstoftoevoer wordt afgesloten wanneer de motor wordt afgezet, ongeacht de stand van de contactsleutel, en gesloten blijft zolang de motor niet loopt.
  13. De op afstand bediende afnamekraan met doorstroombegrenzer dient zodanig te worden geregeld dat deze automatisch wordt gesloten wanneer de motor niet loopt, ongeacht de stand van de contactsleutel, en dient gesloten te blijven zolang de motor niet loopt.
  14. De op afstand bediende afnamekraan met doorstroombegrenzer moet zodanig worden geregeld dat deze automatisch wordt gesloten binnen vijf seconden na het stilleggen van de motor van het voertuig, ongeacht de stand van de contactsleutel.
  15. Als het immobilisatiesysteem kan worden ingeschakeld wanneer de contactsleutel zich in de stand „draaiende motor” bevindt, zoals vermeld in punt 31.4, mag het immobilisatiesysteem ook worden ingeschakeld door het openen van het portier van de bestuurder en/of door een doelbewuste ingreep van de bevoegde gebruiker.