Betekenis van:
cumul

cumul
Zelfstandig naamwoord
  • ''(Vlaanderen)'', het gelijktijdig vervullen van verscheidene ambten door één persoon
"Een veel gehoorde kritiek op de cumul van politieke functies is de mogelijke belangenverstrengeling."
cumul
Zelfstandig naamwoord
  • ''(Vlaanderen)'' het afleggen van alle vakken van twee academiejaren in één jaar
"Cumul is pas mogelijk indien men in het vorige academiejaar goed gepresteerd heeft."
cumul
Zelfstandig naamwoord
  • ''(Vlaanderen)'' het gelijktijdig uitoefenen van verscheidene banen of functies door één persoon
"Door zijn cumul van allerlei functies is onze directeur nooit te bereiken."
cumul
Zelfstandig naamwoord
  • functie naast een andere; baantje erbij

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Aucun cumul appliqué [3] Doorhalen en aanvullen waar nodig.
  2. Nu se aplică cumul [3] Doorhalen en aanvullen waar nodig.