Betekenis van:
diepte

diepte (de ~ | meervoud diepten, dieptes)
Zelfstandig naamwoord
  • mate waarin iets diep is
"een peilloze diepte"
"een geringe diepte"

Hyperoniemen

Hyponiemen

diepte
Zelfstandig naamwoord
  • de mate waarin iets diep is
"De diepte van dat zwembad is twee meter."
diepte
Zelfstandig naamwoord
  • bijzonder laag gelegen plaats, gewoonlijk onder de waterspiegel
"De reuzenpijlinktvis is een bewoner van de diepten van de oceaan."

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. d = diepte
  2. Diepte (m)
  3. Diepte-indicatoren
  4. Gemiddelde diepte
  5. Gemiddelde diepte (m)
  6. Specifieke diepte vereist
  7. = Diepte van het loopvlakpatroon
  8. Diepte van het loopvlakpatroon
  9. diepte waarop wordt gevist;
  10. de diepte van elke uitzetting,
  11. 120 tot 750 m diepte
  12. de diepte van elke uitzetting,
  13. Diepte van elke ingezette vloot
  14. de diepte waarop het sediment is verzameld;
  15. Dieptenauwkeurigheid op geringe diepte (95 % betrouwbaarheidsniveau)