Betekenis van:
doorbraak

doorbraak (de ~ | meervoud doorbraken)
Zelfstandig naamwoord
  • het doorbreken
"een doorbraak forceren"

Hyperoniemen

doorbraak (de ~ | meervoud doorbraken)
Zelfstandig naamwoord
  • het samengaan van mensen van verschillende richting of overtuiging in één partij
"een doorbraak betekenen"
"een doorbraak voor/in [het vredesproces]"

Hyperoniemen

doorbraak
Zelfstandig naamwoord
  • plaats waar iets doorgebroken is

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. doorbraak-CO2 bij de tertiaire winning van koolwaterstoffen;
  2.  ambitieuzer project, hetgeen blijkt uit een grotere kans op een wetenschappelijke of technologische doorbraak of een hoger risico op mislukking;
  3. ambitieuzer project, hetgeen blijkt uit een grotere kans op een wetenschappelijke of technologische doorbraak of een hoger risico op mislukking;
  4. De eerste helft van 2002 vormde een doorbraak voor de werf (sinds het begin van de herstructurering in 1998), toen op halfjaarlijkse basis voor het eerst winst werd gemaakt.
  5. Deze strategisch beheerde, doelgerichte actie zal worden aangevuld en intensief worden gecoördineerd met fundamentelere samenwerkingsactiviteiten die zijn gericht op een doorbraak op het gebied van kritische materialen, processen en opkomende technologieën.
  6. De combinatie van tertiaire winning van koolwaterstoffen (Enhanced Hydrocarbon Recovery — EHR) met de geologische opslag van CO2 zal waarschijnlijk extra emissies met zich brengen, namelijk de doorbraak van CO2 samen met de gewonnen koolwaterstoffen.