Betekenis van:
doormaken

doormaken
  • Geraakt zijn door een zekere omstandigheid, er gebeurt iets met iemand zelf.

Voorbeeldzinnen

  1. Met het oog op de continuïteit van de werkzaamheden en de ontwikkelingen die TSI's in de loop der tijd doormaken, is een permanent technisch kader noodzakelijk.
  2. Lidstaten met één terminal als leverancier of eilandmarkt-omstandigheden kunnen een snelle toename tot een grote of zelfs 100 % beschikbaarheid van zwavelvrije brandstoffen doormaken.
  3. Het gevaar dat uitgaat van criminele organisaties en de proliferatie die zij doormaken, noodzaken de lidstaten van de Europese Unie nauwer samen te werken en een doeltreffende reactie te formuleren die beantwoordt aan de verwachtingen van de burgers en aan hun eigen behoeften.
  4. Overeenkomstig het UNFCCC, het Protocol van Kyoto en verdere voor de uitvoering ervan genomen besluiten trachten de Commissie en de lidstaten capaciteit opbouwende activiteiten in ontwikkelingslanden en landen die een overgang naar een markteconomie doormaken, te steunen, teneinde hen in staat te stellen ten volle te profiteren van JI en het CDM op een wijze die hun strategie voor duurzame ontwikkeling ten goede komt en het betrekken van organisaties in de ontwikkeling en uitvoering van JI- en CDM-projecten te vergemakkelijken.”