Betekenis van:
enthousiast

enthousiast
Bijvoeglijk naamwoord
  • hartstochtelijk, met geestdrift
"De enthousiaste aanhangers bleven hun ploeg de hele wedstrijd toejuichen."
enthousiast
Bijvoeglijk naamwoord
  • vol geestdrift; geestdriftig
"enthousiast zijn over iets of iemand"
"iets enthousiast vieren"

Synoniemen

enthousiast
Zelfstandig naamwoord
  • iemand die over iets of iemand geestdriftig is (vaak gebruikt als tweede deel van een samengesteld begrip)
"De eerste enthousiasten waren al twee uur voor de voorstelling aanwezig."

Voorbeeldzinnen

  1. Het publiek was enthousiast over de show.
  2. Wat het criterium van punt 2.3 van de bijlage bij Beschikking 94/173/EG ten aanzien van de ontwikkeling van de vraag betreft, voert Farm Dairy aan dat de vraag voornamelijk van supermarkten afkomstig was, en dat die bijzonder enthousiast waren over het vooruitzicht van een nieuwe speler op de markt.