Betekenis van:
geitenkaas

geitenkaas (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • kaas van geitenmelk
"Belgische geitenkaas"

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Met een laagje gemalen houtskool bedekte geitenkaas
  2. Niet geperste, kegelvormige, witte geitenkaas met een dunne korst, met een hoogte van 6 cm, een gemiddeld gewicht van 120 g en een vetgehalte van 45 %.
  3. Frankrijk heeft evenwel officieel meegedeeld dat de registratie van de benaming „Chevrotin” niet zal leiden tot een verbod van het gebruik van de uitdrukking „de chèvre” (geiten-) of „fromage de chèvre” (geitenkaas) voor op basis van geitenmelk geproduceerde kazen en dus ook niet tot een verbod van de vertaling van deze uitdrukkingen (in het Italiaans „caprino” of „formaggio di capra”).