Betekenis van:
geneigd

Werkwoord

Voorbeeldzinnen

1. Jim is geneigd om te ver te gaan.
2. De mensen zijn geneigd om hun toekomstige noden te onderschatten.
3. Kan men een datum aanduiden, waarop een taal begon te leven? Men is geneigd te antwoorden: "Wat een vraag!" . En toch bestaat er zulk een datum: 26 juli, Esperantodag. Op die dag in 1887 verscheen in Warschau een brochure van Ludwik Lejzer Zamenhof over de "Internationale Taal".
4. Daarom is het waarschijnlijk dat de overige ondernemingen geneigd zullen zijn hun prijsbeleid te volgen.
5. De meeste klanten zijn namelijk niet geneigd geïmporteerde luchtveren te kopen.
6. De Franse autoriteiten voegen hieraan toe dat CELF vaak geneigd was financiële risico's te nemen.
7. Exploitanten die gecompenseerd worden voor feitelijke afgiftekosten zullen niet geneigd zijn efficiënter te werken.
8. De prijsniveaus zoals die in de Gemeenschap tot stand komen, bepalen of bedrijven geneigd zijn om extra capaciteit te installeren.
9. Steeds meer consumenten zijn trouwens geneigd voor hun eten en drinken meer belang aan kwaliteit dan aan kwantiteit te hechten.
10. Ten tweede is de onderneming van mening dat hoogopgeleide werknemers eerder geneigd zijn het bedrijf te verlaten.
11. Menige omroep zal daarom geneigd zijn met de eigen overstap te wachten totdat andere omroepen naar het digitale platform zijn gegaan.
12. Verstrek gegevens/berekeningen waaruit blijkt dat producenten van energie uit warmtekrachtkoppeling door de steun niet minder snel geneigd zijn om concurrerender te werken:
13. Menige omroep zal daarom geneigd zijn om met de eigen overstap te wachten totdat andere omroepen naar het digitale platform zijn gegaan.
14. De huiskat stemt af van de solitair levende Afrikaanse wilde kat (Felis silvestris libyca) maar is zeer geneigd tot het aanleren van sociaal gedrag.
15. Verstrek gegevens/berekeningen waaruit blijkt dat producenten van hernieuwbare energie door de steun niet minder geneigd zullen zijn om concurrerender te werken: