Betekenis van:
hoofdrol

hoofdrol (de ~ | meervoud hoofdrollen)
Zelfstandig naamwoord
  • belangrijkste rol; belangrijkste rol in theaterstuk of film
"een hoofdrol was er weggelegd voor [iemand]"
"de hoofdrol spelen/vertolken"

Synoniemen

Hyperoniemen

hoofdrol
Zelfstandig naamwoord
  • de centrale figuur in een draaiboek of toneelstuk
"Hij speelde niet de hoofdrol in dat stuk, maar zijn toneelspel maakte toch grote indruk."
hoofdrol
Zelfstandig naamwoord
  • de belangrijkste handelende persoon
"President Obama speelde persoonlijk een hoofdrol in de actie die een einde maakte aan het leven van de terroristenleider."

Voorbeeldzinnen

  1. Het betreft hier door jongeren zelf opgezette activiteiten, waarin zij de hoofdrol spelen.
  2. De Commissie oordeelt dat antidumpingrechten ertoe zullen bijdragen dat een bedrijfstak kan voortbestaan die als belangrijkste afnemer een hoofdrol speelt bij het terugwinnen van PET-verpakkingsafval.
  3. Met deze maatregel worden projecten ondersteund in het kader waarvan jongeren actief en rechtstreeks deelnemen aan door henzelf opgezette activiteiten waarin zij de hoofdrol spelen, zodat zij initiatief, ondernemingszin en creativiteit kunnen ontwikkelen.
  4. Wetenschappelijk onderzoek speelt wat dit betreft als onderdeel van de „kennisdriehoek” (onderzoek, onderwijs en innovatie) een hoofdrol en moet een van de stuwende krachten blijven van de bevordering van groei, welvaart en duurzame ontwikkeling.
  5. de loonkosten bij de overheid verminderen om ervoor te zorgen dat het loonbeleid in de overheidssector een hoofdrol speelt bij de loonvorming in de particuliere sector en tot een algemene loonmatiging bijdraagt;
  6. Als belangrijk onderdeel van zijn mandaat zal hij tijdens de overgangsperiode tussen het besluit over de status van het gebied en het einde van het mandaat van UNMIK een hoofdrol spelen bij de vestiging van de ICM.
  7. In Griekenland hebben de ambtenarensalarissen een sterkere toename ten opzichte van de lonen in de particuliere sector laten zien dan in de overige economieën van het eurogebied het geval is, met alle negatieve gevolgen van dien voor de loononderhandelingen als geheel. Dit toont aan dat voor de overheidssector een hoofdrol is weggelegd bij het wederom realiseren van loonmatiging.