Betekenis van:
infuus

infuus (het ~ | meervoud infusen)
Zelfstandig naamwoord
  • toediening direct in bloed
"aan het infuus leggen/liggen/zijn"
"een infuus inbrengen"

Synoniemen

Hyperoniemen

infuus
Zelfstandig naamwoord
  • vochttoediening in de bloedvaten

Voorbeeldzinnen

  1. Apparatuur en instrumentarium voor infuus
  2. Apparatuur en instrumentarium voor transfusie en infuus
  3. Infuus voor de behandeling van een cardiovasculaire collaps bij veulens.
  4. Specifieke voordelen: Zuivere opheffing van benzodiazepine-sedatie die noodzakelijk is na infuus bij totale intraveneuze anesthesie.
  5. Fentanyl is als enig voor paarden gebruikt opioïdum geschikt voor toediening door middel van infuus en pleisters.
  6. Specifieke voordelen: Vergelijkbaar met diazepam maar oplosbaar in water en daarom geschikt voor intraveneuze injectie en essentieel voor intraveneus infuus in combinatie met anesthetica.
  7. Efedrine werkt minuten- tot urenlang en is werkzaam na een enkele intraveneuze injectie, terwijl dobutamine en dopamine slechts enkele seconden of minuten werken en per infuus moeten worden toegediend.