Betekenis van:
jassen

jassen
Werkwoord
  • snel afhandelen
"een wet er door(heen) jassen"

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Jassen
  2. Beschermende jassen of poncho's
  3. Kleding van leder of van kunstleder (incl. jassen en overjassen) (excl. kledingaccessoires, schoeisel en hoofddeksels)
  4. Overjassen, regenjassen en andere jassen, capes en dergelijke artikelen, van weefsel, voor heren of voor jongens
  5. Jassen, jekkers en capes voor dames/meisjes, van geïmpregneerde of gegummeerde textielstoffen of van textielstoffen met inlagen (excl. van bandenkoordweefsel van polyamiden, polyesters of viscoserayon)
  6. Jassen, jekkers en capes voor dames/meisjes, van geïmpregneerde of gegummeerde textielstoffen of van textielstoffen met inlagen (excl. van bandenkoordweefsel van polyamiden, polyesters of viscoserayon)
  7. Kleding voor dames of meisjes, van geïmpregneerde of gegummeerde textielstoffen of van textielstoffen met inlagen (excl. jassen, jekkers of capes) (excl. van bandenkoordweefsel van polyamiden, polyesters of viscoserayon)
  8. Kleding voor heren of jongens, van geïmpregneerde of gegummeerde textielstoffen of van textielstoffen met inlagen (excl. jassen, jekkers of capes) (excl. van bandenkoordweefsel van polyamiden, polyesters of viscoserayon)
  9. Overjassen, regenjassen en andere jassen, capes en dergelijke artikelen, blazers en andere jasjes, andere dan parka's, van weefsel, voor dames of voor meisjes
  10. Overjassen, regenjassen, andere jassen en capes, van weefsel, van wol, van katoen of van synthetische of kunstmatige vezels (andere dan parka's, bedoeld bij categorie 21), voor heren of voor jongens
  11. Jassen, colbertjassen, blazers en andere kleding, skipakken daaronder begrepen, van brei- of haakwerk, uitgezonderd de kleding van de categorieën 4, 5, 7, 13, 24, 26, 27, 28, 68, 69, 72, 73, 74 en 75
  12. PSF worden in de Gemeenschap gebruikt voor het spinnen, d.w.z. voor het vervaardigen van filamenten voor de productie van textiel, gemengd met andere vezels zoals katoen- of wolvezels, of voor non-woventoepassingen, d.w.z. voor het vullen of watteren van textielproducten zoals kussens, autostoelen en jassen.