Betekenis van:
laatst

laatst
Bijwoord
  • onlangs, kort geleden
"Laatst zag ik hem tot mijn verrassing in de kroeg."
laatst
Bijvoeglijk naamwoord
  • overtreffende trap van laat
""Dat is de laatste keer dat ik je dat zie doen!" bulderde hij dreigend."
laatst
Bijvoeglijk naamwoord
  • achterste in tijd

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Wie het laatst lacht, lacht het best.
  2. Wie het laatst lacht, lacht het best.
  3. Ik ben laatst van merk tandpasta gewisseld.
  4. Dit is de auto waar ik het laatst over had.
  5. Hoe lang is het geleden sinds je voor het laatst een brief van hem kreeg?
  6. Het is lang geleden sinds we elkaar voor het laatst zagen.
  7. Laatst bekende adressen/verblijfplaatsen: …
  8. laatst bekende rapportagepunt;
  9. Laatst bekende adres: …
  10. (laatst geregistreerd adres in Bosnië en Herzegovina).
  11. Adres: laatst bekende woonplaats: Verenigde Arabische Emiraten.
  12. Laatst bekende adressen/verblijfplaatsen (indien van toepassing):
  13. Jaar waarin de betrokkene het laatst heeft gewerkt
  14. (laatst geregistreerd adres in Bosnië); e) Dublin, Ierland.
  15. bij uitvoer het land van de laatst bekende bestemming;