Betekenis van:
lesuur

lesuur
Zelfstandig naamwoord
  • de periode waarin iemand les heeft
"Een lesuur duurt meestal 45 à 50 minuten."
lesuur (het ~ | meervoud lesuren)
Zelfstandig naamwoord
  • tijdmaat voor werk e.a.; tijd die één les duurt
"[29] lesuren per week"
"het [tweede/vijfde] lesuur"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen