Betekenis van:
matrak

matrak
Zelfstandig naamwoord
  • wapenstok, gummiknuppel
"De politie en de ME gebruiken vaak matrakken."
matrak (de ~ | meervoud matrakken)
Zelfstandig naamwoord
  • rubberen wapenstok; knuppel; bepaald wapen

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen