Betekenis van:
netto-inkomen

netto-inkomen
Zelfstandig naamwoord
  • besteedbaar loon

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Ontvangen netto-inkomen
  2. MAANDELIJKS NETTO-INKOMEN VAN HET HUISHOUDEN
  3. Deze belasting wordt geheven over het netto-inkomen van de belastingplichtige, dat bestaat uit het totale netto-inkomen in een bepaald aantal inkomstencategorieën.
  4. hun rentabiliteit is aangetoond overeenkomstig het bepaalde in het regionale operationele programma voor Calabrië, wat betekent dat het netto-inkomen per arbeidseenheid ten minste 60 % van het door ISTAT bepaalde referentie-inkomen moet bedragen,
  5. Het recht op dergelijke betalingen dient afhankelijk te zijn van een inkomensverlies, waarvoor uitsluitend rekening wordt gehouden met het inkomen uit de landbouw, van meer dan 30 % van het gemiddelde bruto-inkomen of het daarmee corresponderende netto-inkomen (betalingen uit deze of soortgelijke regelingen niet meegerekend) over de voorgaande drie jaar of van het gemiddelde van drie jaren van de vijf voorgaande jaren, de jaren met het hoogste en het laagste inkomen niet meegerekend.
  6. Over het algemeen wordt het netto-inkomen uit de verschillende categorieën gevormd door de bezittingen, het vermogen en het inkomen van de belastingplichtige, alsmede door inkomsten uit winstgevende activiteiten die de belastingplichtige onderneemt, onder aftrek van met name eventuele verliezen die in een bepaald jaar in een van de inkomenscategorieën zijn geleden.
  7. De categorie overige te betalen inkomensoverdrachten [1A.27] is gelijk aan belastingen op inkomen, vermogen enz. (D.5), plus niet-productgebonden belastingen op productie (D.29), plus inkomen uit vermogen (D.4), m.u.v. rente (D.41), plus schadeverzekeringspremies (netto) (D.71), plus inkomensoverdrachten i.v.m. internationale samenwerking (D.74) geregistreerd onder bestedingen van S.13, plus overige inkomensoverdrachten n.e.g. (D.75) geregistreerd onder bestedingen van S.13 en middelen van alle sectoren behalve S.15.
  8. De categorie overige te betalen inkomensoverdrachten [1A.25] is gelijk aan belastingen op inkomen, vermogen enz. (D.5), niet-productgebonden belastingen op productie (D.29), inkomen uit vermogen (D.4), m.u.v. rente (D.41), schadeverzekeringspremies (netto) (D.71), inkomensoverdrachten i.v.m. internationale samenwerking (D.74) geregistreerd onder bestedingen van S.13, en overige inkomensoverdrachten n.e.g. (D.75) geregistreerd onder bestedingen van S.13 en middelen van alle sectoren behalve S.15, minus inkomensoverdrachten (D.74 en D.75) te betalen door de overheid aan de EU-begroting [1B.4 en 1B.5], minus netto ontvangsten uit de EU-begroting [1B.14], indien negatief.
  9. De categorie overige te betalen inkomensoverdrachten [1A.25] is gelijk aan belastingen op inkomen, vermogen enz. (D.5), niet-productgebonden belastingen op productie (D.29), inkomen uit vermogen (D.4), met uitzondering van rente (D.41), schadeverzekeringspremies (netto) (D.71), inkomensoverdrachten in verband met internationale samenwerking (D.74) geregistreerd onder bestedingen van S.13, en overige inkomensoverdrachten n.e.g. (D.75) geregistreerd onder bestedingen van S.13 en middelen van alle sectoren behalve S.15, minus inkomensoverdrachten (D.74 en D.75) te betalen door de overheid aan de EU-begroting [1B.4 en 1B.5], minus netto ontvangsten uit de EU-begroting [1B.14], indien negatief.
  10. Gelet op het marginale belastingtarief voor de IB kan worden gesteld dat het netto-inkomen van een coöperatielid bij eenzelfde uitgangsresultaat van 150 m.e. 38 m.e. bedraagt, terwijl dat van een aandeelhouder in een vennootschap die onder het algemene belastingstelsel valt 71 m.e. bedraagt.
  11. In de eerste plaats voert hij ten gunste van de aan een gereglementeerde effectenbeurs genoteerde ondernemingen een verlaagd vennootschapsbelastingstatief van 20% in, waardoor het door deze ondernemingen in het kader van enige economische activiteit gerealiseerde netto-inkomen gedurende drie jaar wordt verhoogd.
  12. In het tweede voorbeeld, waarbij verschillende percentages worden gehanteerd voor transacties van coöperaties met leden en met niet-aangesloten derden, dus voor de coöperatieve en extracoöperatieve resultaten, moet worden vastgesteld dat naarmate het specifieke gewicht van het extracoöperatieve resultaat ten opzichte van het coöperatieve resultaat toeneemt er evenredig meer moet worden gestort in de verplichte fondsen en evenredig meer inkomstenbelasting moet worden betaald, terwijl het percentage beschikbare winst afneemt. Het netto-inkomen van elk lid wordt dus lager naarmate het extracoöperatieve resultaat toeneemt.
  13. Om echter te voorkomen dat beleggers ten onrechte van het totale belastingkrediet van 15 % profiteren, ook al is hun een belasting van slechts 5 % aangerekend, wordt in de steunregeling bepaald dat het belastingkrediet een beperkt belastingkrediet is ten aanzien van het gedeelte dat niet door de vervangende belasting op de netto bedrijfswinst wordt gedekt, dat wil zeggen tot 9 %, zodat er geen terugbetaling kan plaatsvinden of verrekening met de inkomstenbelasting die verschuldigd is in de boekjaren waarin het inkomen is ontvangen.
  14. De categorie overige lopende inkomsten [1A.18] is gelijk aan inkomen uit vermogen (D.4), schadeverzekeringsuitkeringen (D.72), inkomensoverdrachten in verband met internationale samenwerking (D.74), en overige inkomensoverdrachten n.e.g. (D.75) geregistreerd onder middelen van S.13, behalve middelen van S.13 vallende onder rente (D.41) die ook bestedingen zijn van S.13, plus ontvangsten van niet-productgebonden subsidies (D.39) die ook bestedingen zijn van S.13, minus inkomensoverdrachten te betalen uit de EU-begroting aan de overheid [1B.10], plus netto ontvangsten uit de EU-begroting [1B,14], indien positief.