Betekenis van:
ons

ons (het ~ | meervoud onsen, onzen)
Zelfstandig naamwoord
  • honderd gram; honderd gram
"wachten tot je een ons weegt"
"een ons [suiker/drop]"

Synoniemen

Hyperoniemen

ons
Zelfstandig naamwoord
  • niet officiële gewichtsmaat van 100 g
"Mag het een onsje meer zijn."
ons
Bezittelijk voornaamwoord
  • van de 1e persoon meervoud
"Dit is ons huis."
ons
Bezittelijk voornaamwoord
  • van de 1e persoon meervoud
"Dit is ons huis."
ons
Persoonlijk voornaamwoord
  • 1e persoon meervoud als (direct of indirect) object of na een voorzetsel
"Hij zag ons in de stad."

Voorbeeldzinnen

  1. Blijf bij ons.
  2. Zijn toespraak beroerde ons.
  3. Kom ons helpen.
  4. Laat ons meer doen.
  5. Laat ons eerlijk zijn.
  6. Laat ons babbelen.
  7. Ze helpt ons.
  8. Hij wil ons weerzien.
  9. God zij met ons.
  10. God zij met ons.
  11. Hij loog tegen ons.
  12. Laten we ons haasten.
  13. Na ons de zondvloed.
  14. Welkom bij ons.
  15. Niemand zal ons tegenhouden.