Betekenis van:
ontvouwen

ontvouwen
Werkwoord
  • iets in detail verklaren
" Het plan werd volledig door hem ontvouwd."
ontvouwen
Werkwoord
  • iets los vouwen
"Leg er een tijdje een boek op om het te ontvouwen!"

Voorbeeldzinnen

  1. Ontvouwen van de bladeren
  2. 1 Verschijnen van de naalden of ontvouwen van de bladeren
  3. Verschijnen van de naalden, ontvouwen van de bladeren, herfstverkleuring en bladval: