Betekenis van:
opzettelijk
opzettelijk
Bijvoeglijk naamwoord
- expres; vastberaden; opzettelijk; opzettelijk
"een opzettelijke handsbal"
"een opzettelijke belediging"
Synoniemen
Hyperoniemen
opzettelijk
Bijwoord
- bewust op deze manier
"Hij is opzettelijk niet naar zijn werk gegaan."
Voorbeeldzinnen
- Hij negeerde me opzettelijk toen ik hem op straat tegenkwam.
- "LGBT-gemeenschappen over de hele wereld noemen je een 'held' en zeggen dat je opzettelijk vals beschuldigd bent," legde Al-Sayib uit. "Maar de ordehandhavingsorganisaties bestempelen je allemaal als een medogenloos moordenaar. Welk van die twee ben je, Dima?"
- Opzettelijk blanco gelaten
- Opzettelijk aangestoken vuur/brandstichting.
- opzettelijk onjuiste, vertraagde of onvolledige rapportage;
- is waarschijnlijk niet opzettelijk door de aanvrager veroorzaakt (50)
- Niet correct gebruikt controleapparaat (zonder geldige bestuurderskaart, opzettelijk misbruik, …)
- De aansprakelijkheid bestrijkt fraude, opzettelijk wangedrag en grove nalatigheid.
- Bij draaiende motor moet het al dan niet opzettelijk inschakelen van het alarmsysteem onmogelijk zijn.
- wat de uitgaven betreft, elke opzettelijke handeling of elk opzettelijk nalaten waarbij:
- opzettelijk dieren te hinderen die gedreven of geleid worden door een gedeelte waar doorstroming nodig is.
- het gehalte aan nikkel, chroom, molybdeen, boor en vanadium en andere opzettelijk toegevoegde legeringselementen.
- opzettelijk verzwegen ziekten of aandoeningen bij het aangaan van het dienstverband.
- een verbod om, ongeacht de gebruikte methode, opzettelijk de bedoelde vogels te doden of te vangen;
- Een veroordeling voor een opzettelijk geweldmisdrijf wordt beschouwd als een indicatie van een dergelijk gevaar.