Betekenis van:
poststuk

poststuk (het ~ | meervoud poststukken)
Zelfstandig naamwoord
  • ieder stuk verzonden post

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Voor frankeerapparaten is één poststuk verwerkt in een minuut gelijk aan één poststuk per minuut (pspm).
  2. De klacht wordt geacht te zijn ingediend op de eerste werkdag volgende op de dag van bezorging bij de Commissie als aangetekend poststuk of op die van afgifte van een ontvangstbewijs door de Commissie.