Betekenis van:
rechtschapen

rechtschapen
Bijvoeglijk naamwoord
  • onkreukbaar; deugdzaam; niet kreukbaar
"een rechtschapen mens"

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Hij handelt integer en rechtschapen en voert zijn werkzaamheden efficiënt en met de grootst mogelijke transparantie uit.