Betekenis van:
rechtstreeks

rechtstreeks
Bijvoeglijk naamwoord
  • zonder omwegen
"Helaas is er geen rechtstreekse verbinding tussen deze twee steden."
rechtstreeks
Bijwoord
  • zonder omwegen
"Dat geld gaat rechtstreeks naar de slachtoffers."

Voorbeeldzinnen

  1. rechtstreeks
  2. Rechtstreeks gebruik
  3. Rechtstreeks vervoer
  4. Rechtstreeks gebruik
  5. Rechtstreeks beroep
  6. rechtstreeks of
  7. Definitie van „rechtstreeks
  8. rechtstreeks worden vervoerd:
  9. Artikel 13 Rechtstreeks vervoer
  10. Artikel 13 Rechtstreeks vervoer
  11. Gecentraliseerd rechtstreeks beheer
  12. rechtstreeks worden vervoerd naar:
  13. rechtstreeks, uitgesteld of zowel rechtstreeks als uitgesteld, en
  14. rechtstreeks ingevoerd door de rekenplichtige
  15. Rechtstreeks contact opgenomen met werkgevers