Betekenis van:
speler

speler (de ~ | meervoud spelers)
Zelfstandig naamwoord
  • iem. die aan een gezelschapsspel meedoet
"Elke speler krijgt twee kaarten."

Hyperoniemen

Hyponiemen

speler (de ~ | meervoud spelers)
Zelfstandig naamwoord
  • iemand die deelneemt aan sport of spel
"een [Nederlandse] speler"

Hyperoniemen

Hyponiemen

speler
Zelfstandig naamwoord
  • een deelnemer aan een spel
"Dit spel wordt gespeeld met twee spelers."
speler
Zelfstandig naamwoord
  • een partij
"Microsoft is een belangrijke speler op de softwaremarkt."
speler
Zelfstandig naamwoord
  • iem. die toneelspeelt

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Ze is verreweg de beste speler in dat land.
  2. Tom is de beste speler van het team.
  3. De batterij van mijn mp3-speler was leeg.
  4. MP3-speler
  5. een DVD/CD-speler,
  6. Cd-speler en/of -brander
  7. Cd/dvd-speler en/of -brander
  8. AVR is een belangrijke speler op de Nederlandse afvalmarkt.
  9. is duidelijk de belangrijkste speler in de retailstroombevoorrading in Hongarije.
  10. First Securities is een belangrijke speler op de Noorse effectenmarkt.
  11. Na de fusie zal de gefuseerde entiteit grotendeels de kloof dichten met de belangrijkste speler, EnergiDanmark.
  12. NordLB is een algemene bank en een belangrijke speler op de internationale kapitaalmarkten.
  13. Lidl is een relatief kleine speler op de detailhandelsmarkt voor levensmiddelen in Zweden.
  14. Na de fusie zouden de partijen de grootste speler op deze markt zijn.
  15. Elektronische assemblages voor een laser-leeskop van een compactdisc-speler, bestaande uit: