Betekenis van:
stroef

stroef
Bijvoeglijk naamwoord
  • moeilijk bewegend
"stroeve versnelling"

Hyperoniemen

stroef
Bijvoeglijk naamwoord
  • ruw, oneffen

Hyperoniemen

stroef
Bijvoeglijk naamwoord
  • stuurs, onvriendelijk
"een stroef antwoord"

Synoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Werking verloopt stroef.
  2. Het vloermateriaal in de leefruimten dient ongevaarlijk te zijn en voldoende stroef om de dieren bij de voortbeweging en het veranderen van houding niet te hinderen.
  3. Meer in het bijzonder moeten deze uitrusting en inrichtingen een stroef loopvlak hebben en zo nodig een bescherming aan de zijkanten.
  4. De vloeren dienen effen en ondoordringbaar te zijn en een stroef, gemakkelijk afwasbaar oppervlak te hebben dat het gewicht van rekken en andere zware toestellen kan dragen zonder dat beschadiging optreedt.
  5. De vloeren moeten stroef zijn, maar zonder scherpe uitsteeksels, om te voorkomen dat de kalveren zich verwonden en moeten zo zijn ontworpen dat zij bij de kalveren die erop staan of liggen geen verwondingen of pijn veroorzaken.