Betekenis van:
toebedelen

toebedelen
Werkwoord
  • een deel aan iemand toewijzen
"Hij kreeg ook een paar centen toebedeeld, maar het leeuwendeel ging aan zijn neus voorbij."

Voorbeeldzinnen

  1. De capaciteit voor geleidelijke aanpassing van de wetgeving aan het acquis uitbreiden en Bosnië en Herzegovina een grotere rol toebedelen bij de programmering en implementatie van bijstand, ter voorbereiding op de decentralisatie van de bijstand van de Gemeenschap.