Betekenis van:
viool

viool (de ~ | meervoud violen)
Zelfstandig naamwoord
  • strijkinstrument
"de viool bespelen/besnaren"
"(op de) viool spelen"

Synoniemen

Hyperoniemen

viool
Zelfstandig naamwoord
  • viersnarig strijkinstrument
viool
Zelfstandig naamwoord
  • een katrol/blok met twee boven elkaar geplaatste schijven van verschillende grootte, waardoor de vorm wat op een viool lijkt