Betekenis van:
vrijwillig

vrijwillig
Bijvoeglijk naamwoord
  • uit vrije wil
"een vrijwillige verkoping"
"zich vrijwillig aanbieden/aanmelden"

Synoniemen

Hyperoniemen

vrijwillig
Bijvoeglijk naamwoord
  • niet gedwongen
"De vrijwillige medewerkers deden goed werk."

Voorbeeldzinnen

  1. Weinig olifanten zouden vrijwillig naar Europa trekken.
  2. Vrijwillig vertrek
  3. Vrijwillig gebruik van vermeldingen
  4. Vrijwillig gedragen sociale kosten
  5. Vrijwillige of vrijwillig voortgezette verzekering
  6. De gegevens worden vrijwillig verstrekt.
  7. Betalingen voor vrijwillig braakgelegde grond
  8. 2 — premies of bijdragen als vrijwillig-verzekerde.
  9. Premie bij definitief en vrijwillig vertrek
  10. Premie bij definitief en vrijwillig vertrek
  11. Landbouwers mogen vrijwillig toeslagrechten aan de nationale reserve afstaan.”.
  12. „maatregelen tot stimulering van het vrijwillig vertrek van personeel;”
  13. Heeft de aanvrager vrijwillig zijn/haar werktijd gereduceerd?
  14. Die summiere aangifte bij binnenkomst kan vrijwillig worden ingediend.
  15. Het bedrijfsleven voert tegelijk ook een vrijwillig emissiebeperkingsprogramma uit.