Betekenis van:
vrijzinnig

vrijzinnig
Bijvoeglijk naamwoord
  • liberaal
"een vrijzinnig protestant"
"het feest van de vrijzinnige jeugd"

Synoniemen

Hyperoniemen

vrijzinnig
Bijvoeglijk naamwoord
  • gelovig, maar niet aan dogma's gebonden
"Hij behoort aan een vrijzinnige kerkgemeenschap."