Betekenis van:
watermeloen

watermeloen (de ~ | meervoud watermeloenen)
Zelfstandig naamwoord
  • grote groene meloen met rood vruchtvlees

Hyperoniemen

watermeloen
Zelfstandig naamwoord
  • ''Citrullus vulgaris'', een grote vrucht met vochtig en rood vruchtvlees

Voorbeeldzinnen

  1. Mary draagt een watermeloen.
  2. Een watermeloen zit vol water.
  3. Ik hou van de smaak van watermeloen.
  4. Ik hou van de smaak van watermeloen.
  5. Morgen gooi ik voor de lol een watermeloen van het dak van een vijf verdiepingen tellend gebouw.
  6. Watermeloen
  7. De steel van de watermeloen mag niet langer zijn dan 5 cm.
  8. Citrullus Vulgaris Extract is een extract van de vruchten van de watermeloen, Citrullus vulgaris, Cucurbitaceae
  9. Citrullus Vulgaris Seed Extract is een extract van de zaden van de watermeloen, Citrullus vulgaris, Cucurbitaceae
  10. De watermeloen is één van de in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 2200/96 vermelde producten waarvoor een handelsnorm moet gelden.
  11. een lichte kleurafwijking van de schil; een bleke kleur op de plaats waar de watermeloen tijdens de groei met de grond in aanraking is geweest, wordt niet als een afwijking beschouwd;
  12. kleurafwijkingen van de schil; een bleke kleur op de plaats waar de watermeloen tijdens de groei met de grond in aanraking is geweest, wordt niet als een kleurafwijking van de schil beschouwd;