Betekenis van:
winkeldiefstal

winkeldiefstal (de ~ | meervoud winkeldiefstallen)
Zelfstandig naamwoord
  • diefstal uit een winkel
"bij winkeldiefstal wordt de politie gewaarschuwd"
"een winkeldiefstal plegen"

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Mary werd gearresteerd voor winkeldiefstal.