Betekenis van:
zondebok

zondebok (de ~ | meervoud zondebokken)
Zelfstandig naamwoord
  • iemand op wie alle schuld wordt geworpen
"als zondebok fungeren"

Hyperoniemen

zondebok
Zelfstandig naamwoord
  • een te offeren dier, gewoonlijk een bokje, waarop alle zonden geworpen worden
"Op Yom Kippur werd een zondebok "voor Azazel" beladen met zonden "naar de wildernis geleid", dat wilde later zeggen dat de bok van een rots afgeworpen werd."
zondebok
Zelfstandig naamwoord
  • ''overdrachtelijk'': iemand, al dan niet schuldig aan iets, die gebruikt wordt om de levende onvrede op af te wentelen
"Minderheden zoals joden of homo's worden maar al te vaak als handige zondebok aangewezen als politici gecontronteerd worden met onvrede onder de bevolking."